(soms) Luizen en mijten bij Falabella’s

Wanneer de winter aanbreekt, ontwikkelen onze Falabella’s hun supergeïsoleerde wintervacht. Een gezond Falabella heeft een dikke, glanzende vacht die mooi egaal over het lichaam ligt. Maar dan merk je dat je Falabella begint te schuren, op zoek naar alle mogelijke plekjes in de stal en daarbuiten om tegenaan te schuren. Dit kan leiden tot schuurplekken, kale plekken en wondjes. De warme, dikke winterjas is een ideale schuilplaats voor luizen, wat het moeilijk maakt om ze op te sporen.

Het is het beste om de vacht een beetje uit elkaar te trekken op de warmste plekken, zoals onder de voorpluk en onder de manen, en dan op zoek te gaan naar kleine roodbruine beestjes of witte puntjes, ook wel neten genoemd.

Enkele veelvoorkomende bijters zijn:

• Steekluizen: Deze voeden zich met het bloed van de Falabella en worden voornamelijk gevonden bij dikke manen en staarten. Ze verspreiden zich niet zo snel over het hele lichaam.
• Bijtluis: Actiever, trekt over het hele lichaam van de Falabella en kan wel 4-5 weken in leven blijven. Ze leven van haarschilfers en huidcellen en worden vaak aangetroffen op de hals, borst en schoft.
• Mijten: Deze komen vaker voor op de benen, vooral waar veel sokken en behang aanwezig zijn. Falabella’s gaan vaak staan stampen met hun benen als reactie op mijten.

Falabella’s ondervinden veel last van deze parasieten, die ook nog eens besmettelijk zijn. Het is belangrijk om snel en efficiënt in te grijpen om te voorkomen dat andere Falabella’s ook besmet raken.

Het bestrijden van luizen en neten kan een uitdagende klus zijn, vooral op een wintervacht. Middelen van de dierenarts kunnen helpen, maar dit moet meerdere keren herhaald worden. Een andere optie is om het Falabella te scheren, waardoor de parasieten zich niet meer kunnen verstoppen en behandeling met sprays en wassen eenvoudiger wordt. Een alternatief is diatomeeënaarde, een natuurlijk product dat kan worden ingepoederd en ingemasseerd, waardoor luizen uitdrogen en afsterven.

Het is belangrijk om actie te ondernemen, aangezien jonge dieren kunnen verzwakken door een luizenplaag en blijvende schade aan hun huidoppervlak kunnen oplopen.